Het Willem Arntszhuis in Utrecht is in 1461 opgericht en was een van de eerste dolhuizen in Nederland. Het was een gesticht van kleine schaal, er konden een paar ‘gekken’ verblijven in de kleine dolhuisjes. Door de verbeterde maatschappelijke situatie, dit gold voornamelijk voor de rijken uit die tijd, kon men geld na laten aan een goed doel, zoals bijvoorbeeld Willem Arntszoon dat heeft gedaan. Nederland liep in de vijftiende eeuw voor op het gebied van de oprichting van dolhuizen. In de negentiende eeuw waren de rollen echter omgedraaid. In landen als Duitsland, Engeland en Frankrijk was de psychiatrie rond 1800 in opkomst, maar de Duitse arts Eduard Meissner stelde toen hij het Willem Arntszhuis in 1819 bezocht vast, dat er in het huis weinig was veranderd sinds de vijftiende en zestiende eeuw. De Nederlandse arts Schroeder van der Kolk nam de taak op zich om het op te nemen voor de krankzinnigen en wilde hervormingen binnen de psychiatrie doorvoeren. Samen met een aantal andere politici en artsen ontwikkelde hij de Eerste Krankzinnigenwet die het staattoezicht op de psychiatrie zou moeten gaan vergroten en daarmee stonden zij aan de start van het proces dat de Eerste Psychiatrische Revolutie wordt genoemd. Het Willem Arntszhuis met Schroeder van der Kolk aan het hoofd fungeerde hierbij als modelgesticht. In dit onderzoek is aandacht besteed aan rapporten over het Utrechtse gesticht over de jaren 1840, 1860 en 1890. Hierin is een stijgende lijn te zien wat de verbeteringen van de krankzinnigenzorg betreft, maar de inspecteurs van het rapport uit de jaren 1890 stellen dat zij nog niet helemaal tevreden waren. Kortom, het Willem Arntszhuis heeft onder Schroeder van der Kolk veel ontwikkelingen doorgemaakt, zoals een grootschalige verbouwing. Toch was er nog veel verbetering nodig op het gebied van de wetgeving voor krankzinnigen. De Tweede Krankzinnigenwet uit 1884 werd namelijk nog steeds ontdoken door veel gestichten in Nederland, maar de eerste stappen richting een humanere behandeling van patiënten waren gezet.
Schroeder van der Kolk is regarded as the founder of Dutch psychiatry and neurology. This paper describes his vitalistic views on the relation between body and soul, as formulated by him in a series of lectures. These lectures were intended to counteract the materialistic tendencies of some of Schroeder van der Kolk's French and German contemporaries. It is argued that Schroeder van der Kolk can be regarded as the transition in Holland from the “Naturphilosophie” approach to the modern experimental approach in physiology.
De arts-hoogleraar Schroeder van der Kolk stond aan de basis van de psychiatrie in Nederland. Deze biografie van een hervormer met een grote reputatie werpt tegelijk een nieuw licht op de geschiedenis van de geestelijke gezondheidszorg. Mede dankzij de Utrechtse hoogleraar geneeskunde J.L.C. Schroeder van der Kolk (1797-1862) kreeg de psychiatrie in de negentiende eeuw vorm als nieuwe sociale en wetenschappelijke institutie. Het geijkte beeld is dat de Nederlandse psychiatrie, net als andere wetenschappen, achterbleef bij de grote hervormings-bewegingen in Europa. Dit boek over Schroeder van der Kolk laat zien dat nieuwe ideeën over de zorg voor krankzinnigen en moderne Franse opvattingen over de geneeskunde hier juist al vroeg ingang vonden
Verschil van mening tussen de Amsterdamse hoogleraar W. Vrolik en zijn Utrechtse collega J.C.C. van der Kolk